Trail rennend het jaar uit!
Het gras is nat, bedekt met kleine parels van dauw. De lucht is ijzig en koud. Hoewel het niet heeft gevroren en de zon uitbundig schijnt heb ik veel moeite om warm te worden. Er is maar één remedie. Weg bij de bosrand en naar de open heide toe. Daar is de warmte van de zon. Daar wacht het gouden licht. Klaar om me te verwarmen zoals een groot vuur op een koude winteravond.
Nog één keer dit jaar kan ik heerlijk trail runnen, even helemaal weg, terugkijken op een prachtig jaar en dromen over toekomstplannen. Een jaar waarin ik veel over mezelf heb mogen ontdekken.
Een eerste zware beklimming langs de Dikke Steen, mul zand, moeilijk om doorheen te komen. Het doet me denken aan de Duinentrail, waar ik meer dan 20 kilometer door het fijne zand van duingebied Schoorl liep. Mijn hart klopt diep in mijn keel en ik proef de smaak van bloed in mijn mond. Na iets meer dan een kilometer klimmen sta ik vijftig meter hoger en is mijn hartslag naar recordhoogtes gestegen.
Ik ga hard, jaag tussen de jeneverbesstruiken door naar beneden. Weer schiet mijn hartslag weer omhoog. Volle concentratie. Ogen wijd open. Elke pas groter dan de vorige. Elke wortel en boomstronk zorgvuldig ontweken. Dan weer het bos in. Een lange beklimming naar het hoogste punt. De Lemelerberg. Ik daal snel weer af en klim nu vanuit een andere kant weer bijna helemaal naar de top. Als ik er bijna ben draai ik van de top weg en dan volgt een hele lange afdaling over de oostflanken van de berg.
Er zijn geen tegenstanders, slechts deelgenoten en iedereen vecht om het parcours zo snel mogelijk af te leggen
Als een mes snijdt het pad door de heide heen. Terwijl de laagstaande zon me verblindt zie ik de contouren van tegemoetkomende trailrunners. Ieder van hen heeft zijn eigen uitdrukking. Hard werkend naar boven klimmen, de één met een glimlach, de ander met een verdrukt gezicht. Ik denk aan de vele gezichten die ik heb gezien dit jaar. Nu meer dan ooit besef ik dat trail running vooral een gevecht tegen de elementen, het pad, de tijd, de natuur is. Er zijn geen tegenstanders, slechts deelgenoten en iedereen knokt hard om het parcours zo snel en zo goed als mogelijk is af te leggen.
Al snel loop ik weer alleen en begin ik aan de volgende klim. De zon straalt door de bomen heen. Een smal pad glijdt door het bos. Omringt door goudbruine bladeren en kale bomen. Ik klim naar een uitzichtpunt en duik daarna de bossen in. Een oud, verlaten paadje, waar de natuur weer de overhand heeft gekregen, brengt me in korte tijd bij een lange laan. Grote bomen aan beide zijden. Los zand schiet onder mijn voeten vandaan. Het spat op zoals water uit een plas. Af en toe voel ik het tegen mijn hoofd aan vliegen. Zachtjes, maar net voldoende om het te voelen.
Ik volg een smal paadje omhoog, draai een hoekje om en zie een pad omhoog bezaait met dennennaalden, een prachtige bruine gloed aan weerszijden omringt door groene planten. De kruising over en nog verder omhoog. Weer een heide en een steile klim. Dan opnieuw een verlaten paadje. Over een boomstronk heen, onder een laaghangende tak door. Vorige keer verdwaalde ik hier, maar met een vernieuwde en frisse blik zie ik de route nu wel liggen. Volledig bezaaid met boomstammen en takken. Ik knal er doorheen, overheen en onderdoor. Dan opeens sta ik aan de rand van “Het Ravijn”. Een diep uitgesleten kloof. Ik jaag aan naar beneden. Stamp. Stamp. Stamp. Zwaar landen mijn voeten in het zachte zand. Korte pas. Lange pas. Een sprongetje. Boomstronken en afstapjes. Blootgelegd door regen. Keer op keer. Het water wint altijd.
Ik begin aan een laatste klim. Mijn benen zijn op. Het hoge tempo en de afwisseling tussen klimmen en dalen, de vele hoogtemeters. Ik loop even een stukje en zodra het terrein uitvlakt zet ik weer aan. Ik passeer een wandelend stel en begin aan de laatste afdaling. Grote stappen een laatste bocht en dan via het MTB-pad naar beneden. Dan voor ik het weet ben ik weer uit het bos. Terug bij de auto. Het einde van het trail.
Vooruitblik op 2016: De Hochkoenigman en Sallandtrail
Zoals het laatste paadje, de laatste kilometer, de laatste beklimming, zo gaan ook de dagen voorbij. Door een blessure moest ik de Sallandtrail missen, toch werd 2015 een groot succes. Vele uurtjes trainen brachten me op prachtige plekken. Uitzichten, emoties, pijn, plezier. Vermoeide gezichten, blije gezichten, vechtende gezichten. Ik zag ze allemaal tijdens drie prachtige races en tientallen trainingen. De Bergrace in Lunteren leerde mij hard vechten in een terrein waar beklimming en afdaling elkaar razendsnel afwisselden. De Devil’s trail leerde me om te doseren, ik kreeg er een prachtige positie voor terug. De Duinentrail was vooral een geestelijke ontdekkingstocht. Urenlang knokken in een terrein dat veel van mij vroeg.
Grenzen verleggen en doorgaan tot de tranen in mijn ogen springen. Huilend en lachend over de finish komen.
Dat laatste, het mentale gevecht, de geest sterker dan het lichaam, dat is de ontdekkingstocht voor 2016. De snelste, de beste, dat hoef ik niet te zijn. Na uren alleen zijn, jezelf kunnen motiveren, de kracht krijgen om door te gaan. Dat is waar ik naar opzoek ga. Grenzen verleggen en doorgaan tot de tranen in mijn ogen springen. Huilend en lachend over de finish komen. Hard trainen, nog harder genieten. Alleen en met vrienden.
Om aan deze vreemde ambitie tegemoet te komen heb ik me ingeschreven voor twee prachtige trailruns. De Sallandtrail is een thuiswedstrijd in een gebied waar ik regelmatig train; een trailrun van 50 kilometer over de Sallandse Heuvelrug. De Hochkoenigman is een stuk verder weg, in het prachtige Oostenrijk, een race met bijna 3000 positieve hoogtemeters over een parcours van 47 kilometer.
Wat er ook gebeurt op de paadjes, ik wil lachen, huilen, verwonderd zijn en genieten van elke minuut die ik mag doorbrengen in onze prachtige natuur.